Instrukcja obsługi Honeywell Galaxy Flex

Honeywell Bezpieczeństwo Galaxy Flex

Przeczytaj poniżej 📖 instrukcję obsługi w języku polskim dla Honeywell Galaxy Flex (4 stron) w kategorii Bezpieczeństwo. Ta instrukcja była pomocna dla 2 osób i została oceniona przez 2 użytkowników na średnio 4.5 gwiazdek

Pobierz PDF

Strona 1/4

Verkorte gebruikershandleiding Flex

Welkom bij de Flex-centrale. Dit document dient als snel naslagwerk voor veelvoorkomende functies die u moet

kennen voordat u het systeem kunt gebruiken om uw eigendom te beschermen.

Informatie over bediendeel

In- en uitschakelen

Opmerking: Controleer of alle zones die door

bewegingsdetectors beschermd

worden, niet zijn geblokkeerd en of

alle deuren en ramen gesloten zijn.

Als er een alarm-, fout- of sabotagemelding wordt

weergegeven op het bediendeel, moet u deze

onderdrukken voordat u het systeem inschakelt.

Raadpleeg het gedeelte Alarmen, fouten en sabotage.

Volledig inschakelen:

1. Voer een geldig pincode in.

2. Druk op

3. Verlaat het gebouw.

Deelbeveiliging inschakelen:

1. Voer een geldig pincode in.

2. Druk op

3. Verlaat het gebouw of de zone.

Inschakelen met een prox-tag:

1. Houd gedurende 3 seconden een geldige een

prox-tag voor de prox-lezer. Het systeem wordt

nu volledig ingeschakeld of deelbeveiligd,

afhankelijk van de instellingen voor de prox-tag.

2. Verlaat het gebouw of de zone.

Als er een alarm-, fout- of sabotagemelding

wordt weergegeven op het bediendeel, moet

u deze onderdrukken voordat u het systeem

inschakelt. Raadpleeg het gedeelte Alarmen,

fouten en sabotage hieronder.

Het systeem uitschakelen:

1. Voer een geldig pincode in.

2. Druk op

ent

U kunt ook een geldige prox-tag bij een prox-lezer

houden.

Specifieke blokken inschakelen:

1. Voer een geldig pincode in.

2. Druk op

3. Als u met uw pincode blokken mag selecteren,

drukt u op de cijfertoetsen voor de gewenste

blokken wanneer daarom wordt gevraagd.

4. Druk op

ent

om de blokken te selecteren die

u wilt inschakelen.

Alarmen, fouten en sabotage

Alarmen, fouten of sabotagemeldingen wissen:

1. Voer een geldig pincode in.

2. Druk op

ent

U kunt ook een geldige prox-tag bij een prox-lezer

houden.

Resetten

Nadat er een alarm, storing of sabotage is

opgetreden, moet het systeem worden gereset.

Het systeem resetten:

1. Herstel de oorzaak van het alarm, de fout of

de sabotage.

2. Voer een geldig pincode in en druk vervolgens

ent

of houd een geldige prox-tag bij een

prox-lezer (de alarm-, storings- of de

sabotagemelding wordt nu gereset).

3. Bekijk de alarm-, fout- of sabotagemelding op

het bediendeel. Als er meer dan één melding is,

drukt u op

om alle meldingen een voor een

weer te geven.

Onderdrukken

Als het bericht ent=INSCHAKELEN wordt

weergegeven op het bediendeel, drukt u op

ent

de desbetreffende alarm-, fout- of sabotagemelding

te onderdrukken.

Als het bericht ent=INSCHAKELEN niet wordt

weergegeven op het bediendeel, vraagt u een

technicus of deze de alarm-, fout- of

sabotagemelding wil verhelpen.

Het menu

Er zijn twee menustructuren: een volledig menu en

een snelmenu.

Volledig menu

Het volledige menu bestaat uit verschillende opties

waarmee gebruikers de functies van het systeem

kunnen aanpassen. Alleen geautoriseerde gebruikers

en technici hebben toegang tot het volledige menu.

Snelmenu

Het snelmenu bestaat uit tien opties uit het

hoofdmenu. Dit is het standaardmenu voor

gebruikers met toegangsniveau 3 of hoger.

Het menu openen:

1. Voer een geldig pincode in en druk vervolgens

ent

(welk menu wordt geopend, hangt af

van uw niveau en autorisatie).

2. Druk op

om door de menuopties te

bladeren.

3. Druk op

ent

om een menuoptie te selecteren.

Als er een alarm-, fout- of sabotagemelding op

het bediendeel wordt weergegeven, moet u deze

onderdrukken voordat u het menu kunt openen.

Raadpleeg het gedeelte Alarmen, fouten en sabotage

op de vorige pagina.

Menuopties

De menuopties worden gebruikt om specifieke

functies van het systeem aan te passen. De

belangrijkste menuopties zijn:

 Menu 11 – Overbrug Zone

 Menu 22 – Display Geheugen

 Menu 42 – Wijzig Codes

 Menu 47 - RS Toegang

 Menu 48 – Inst. Toegang

Opmerking: Raadpleeg de volledige

gebruikershandleiding voor meer

informatie over alle menuopties.

Menu 11 – Overbrug Zone

Hiermee kunnen gebruikers met niveau 3 of hoger

zones overbruggen die zij niet willen inschakelen.

Menu 22 – Display Geheugen

Hiermee kunnen gebruikers met niveau 4 of hoger

een logboek met systeemgebeurtenissen weergeven.

Menu 42 – Wijzig Codes

Hiermee kunnen beheerders met niveau 6 of hoger

gebruikersinstellingen toewijzen, wijzigen of

verwijderen.

Menu 47 - RS Toegang

Hiermee kunnen beheerders met niveau 6 of hoger

de verbindingen voor remote service beheren.

Menu 48 – Inst. Toegang

Hiermee kunnen technici toegang krijgen tot het

systeem en dit programmeren.

Gebruikers beheren

Gebruik de menuoptie 42.1=Gebr. Codes als u een

nieuwe gebruiker wilt toevoegen aan het systeem of de

huidige instellingen voor een gebruiker wilt wijzigen.

Met deze optie kunt u de volgende instellingen voor

een gebruiker toewijzen of wijzigen:

 Pincode

 Toegangsniveau

 Toegewezen blokken

Gebruikersinstellingen toewijzen of wijzigen:

1. Druk op

42 ent 1 ent

2. Druk op

om naar het juiste gebruikersnummer

te gaan en druk vervolgens op

ent

3. Druk op

om door de opties in het menu

Gebruikerscode te bladeren.

Wijzig Code

Een gebruikerscode is een uniek vier- of zescijferige

code waarmee gebruikers zich bij het systeem

kunnen identificeren.

Gebruikerscode toewijzen of wijzigen:

1. Druk op

totdat de optie 01=Wijzig Code

wordt weergegeven en druk vervolgens op

ent

2. Voer de nieuwe vier- of zescijferige pincode

voor de gebruiker in. Druk op







als u een

onjuist cijfer wilt wissen.

3. Druk op

ent

om de pincode op te slaan.

4. Houd

esc

ingedrukt totdat de banner weer

wordt weergegeven.

Wijzig Nivo

Het toegangsniveau van een gebruiker bepaalt welke

functies en menuopties deze kan gebruiken.

Toegangsniveau toewijzen of wijzigen:

1. Druk op

totdat de optie 02=Wijzig Nivo

wordt weergegeven en druk vervolgens op

ent

2. Druk op

om naar het gewenste niveau

te bladeren.

3. Druk op

ent

om het niveau op te slaan.

4. Houd

esc

ingedrukt totdat de banner weer

wordt weergegeven.

Opmerking: Het standaardgebruikersniveau

is 4. Raadpleeg de volledige

gebruikershandleiding voor meer

informatie over de verschillende

gebruikersniveaus.

Wijzig Blok

De blokken van een gebruiker bepalen tot welke

systeemblokken deze toegang heeft.

Blokken toewijzen of wijzigen:

1. Druk op

totdat de optie 05=Wijzig Blok

wordt weergegeven en druk vervolgens op

ent

2. Voer de nummers in van de blokken die u wilt

toewijzen aan de gebruiker.

3. Als u een gebruiker de mogelijkheid wilt geven

om afzonderlijke blokken te selecteren, drukt u







nadat u de bloknummers hebt ingevoerd.

4. Druk op

ent

om de bloktoewijzing voor de

gebruiker op te slaan.

5. Houd

esc

ingedrukt totdat de banner weer

wordt weergegeven.

MAX-tag

Een MAX-tag is een prox-tag die bij een prox-lezer

kan worden gehouden om een systeem in of uit te

schakelen of om alarmen, fouten of

sabotagemeldingen te resetten.

Een MAX-tag toewijzen aan een gebruiker:

1. Druk op

totdat de optie 06=Kaart Nummer

wordt weergegeven en druk vervolgens op

ent

2. Voer het serienummer van de MAX-tag in.

Druk op







als u een onjuist cijfer wilt wissen.

3. Druk op

ent

om het serienummer op te slaan.

4. Houd

esc

ingedrukt totdat de banner weer

wordt weergegeven.

Als u over een keyprox beschikt, moet u als

volgt te werk gaan:

(Een keyprox is een bediendeel met een geïntegreerde

prox-lezer)

1. Druk op

totdat de optie 06=Kaart Nummer

wordt weergegeven en druk vervolgens op

ent

2. Houd tegelijkertijd

ingedrukt totdat u

dubbele pieptoon hoort.

3. Houd de MAX-tag bij de prox-lezer onder aan

de keyprox. Het serienummer van de MAX-tag

wordt weergegeven op de keyprox.

4. Druk op

ent

om het serienummer op te slaan.

5. Houd

esc

ingedrukt totdat de banner weer

wordt weergegeven.

Toegangbeheer

Toegangbeheerkaart

Een toegangbeheerkaart is een prox-tag die voor een

prox-lezer kan worden gehouden voor de volgende

functies:

 Deuren met toegangcontrole openen

 Alarmen, fouten en sabotage annuleren

 Het systeem in- of uitschakelen

Specyfikacje produktu

Marka:	Honeywell
Kategoria:	Bezpieczeństwo
Model:	Galaxy Flex

Potrzebujesz pomocy?

Jeśli potrzebujesz pomocy z Honeywell Galaxy Flex, zadaj pytanie poniżej, a inni użytkownicy Ci odpowiedzą

Twoje imię*

Twój email*

Napisz tutaj swoje pytanie

Instrukcje Bezpieczeństwo Honeywell

Honeywell H450EN Instrukcja

2 Lipca 2024

Honeywell Galaxy 8 Instrukcja

2 Lipca 2024

Honeywell Galaxy Dimension Instrukcja

2 Lipca 2024

Honeywell NetAXS-123 Instrukcja

1 Lipca 2024

Honeywell Galaxy G2-20 Instrukcja

1 Lipca 2024

Honeywell L430S Instrukcja

30 Czerwca 2024

Honeywell SPR-S8EZS Instrukcja

30 Czerwca 2024

Honeywell HRGX85 Instrukcja

28 Czerwca 2024

Honeywell Galaxy Flex Instrukcja

28 Czerwca 2024

Honeywell Galaxy 3-144C Instrukcja

28 Czerwca 2024

Instrukcje Bezpieczeństwo

Najnowsze instrukcje dla Bezpieczeństwo

Aritech SHATTERPRO 3 Instrukcja

15 Stycznia 2025

Axis Camera Station S9001 Mk II Desktop Terminal Instrukcja

15 Stycznia 2025

Eminent EM6511 Instrukcja

15 Stycznia 2025

Ranex RX2567-Z Instrukcja

11 Stycznia 2025

Technaxx TX-106 Instrukcja

11 Stycznia 2025

NetworX NX-595E IP Communication Module Instrukcja

5 Października 2024

Geemarc SOS-PRO 295 Instrukcja

2 Października 2024

One2track Safety Angel Instrukcja

28 Września 2024

Sygonix SY-3851632 Instrukcja

28 Września 2024

Sygonix 1326052 Instrukcja

28 Września 2024