Instrukcja obsługi Casio Celviano AP-700
Casio
instrument muzyczny
Celviano AP-700
Przeczytaj poniżej 📖 instrukcję obsługi w języku polskim dla Casio Celviano AP-700 (76 stron) w kategorii instrument muzyczny. Ta instrukcja była pomocna dla 8 osób i została oceniona przez 2 użytkowników na średnio 4.5 gwiazdek
Strona 1/76

AP700-D-1A
NL
GEBRUIKSAANWIJZING
Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen
Zorg er voor eerst aandachtig de
“Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de
veiligheid” te lezen voordat u de piano probeert
te gebruiken.
Bewaar a.u.b. alle informatie voor eventueel latere naslag.
AP-700

Belangrijk!
Merk a.u.b. de volgende belangrijke informatie op alvorens dit product te gebruiken.
• Voordat u de los verkrijgbare AD-E24500LW netadapter in gebruik neemt dient u eerst te controleren dat hij niet
beschadigd is. Check het netsnoer zorgvuldig op breuken, barsten, ontblootte bedrading en andere ernstige
beschadigingen. Laat kinderen nooit een netadapter gebruiken die ernstig beschadigd is.
• Dit product is niet bedoeld voor kinderen onder drie jaar.
• Gebruik enkel de CASIO AD-E24500LW netadapter.
• De netadapter is geen stuk speelgoed.
• Haal de netadapter altijd uit het stopcontact voordat u dit product schoon maakt.
Manufacturer:
CASIO COMPUTER CO., LTD.
6-2, Hon-machi 1-chome, Shibuya-ku, Tokyo 151-8543, Japan
Responsible within the European Union:
Casio Europe GmbH
Casio-Platz 1, 22848 Norderstedt, Germany
www.casio-europe.com
Verklaring van overeenkomst met de EU richtlijnen
NL-1

NL-2
Inhoudsopgave
Algemene gids NL-4
Stopcontact NL-6
In- en uitschakelen van de stroom . . . . . . . . . . NL-6
Automatische stroomonderbreker . . . . . . . . . . . . . NL-6
Instellen van het volumeniveau. . . . . . . . . . . . . NL-6
Instellen van het displaycontrast . . . . . . . . . . . . NL-7
Terugzetten van de standaard-
fabrieksinstellingen op de Digitale Piano . . . . NL-7
Bedieningsvergrendeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-7
Gemeenschappelijke bediening
voor alle functies NL-8
Betreffende het homescherm . . . . . . . . . . . . . . NL-8
Navigeren tussen de instelschermen . . . . . . . . NL-8
Selecteren van een item (parameter)
om de instelling ervan te veranderen. . . . . . . NL-8
Veranderen van een nummer of een waarde . . NL-8
De nummers achter elkaar doorlopen . . . . . . . . . . NL-8
De nummers snel doorlopen . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-8
Instellen van de snelmenu’s . . . . . . . . . . . . . . . NL-9
Beginnen en stoppen met weergeven. . . . . . . . NL-9
Herhalen van een bepaald gedeelte
van een melodie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-9
Spelen met verschillende tonen NL-10
Selecteren en spelen van een toon. . . . . . . . . NL-10
Selecteren van een toon in een toongroep . . . . . NL-10
Gebruik van de toonlijst om een
toon te selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-10
Gebruik van de pedalen van de
Digitale Piano. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-11
Afstellen van de activeringsstand van het
pedaal voor halverwege intrappen . . . . . . . . . . NL-11
Aanpassen van de geluidskarakteristieken
van de akoestische piano . . . . . . . . . . . . . . NL-12
Gebruik van effecten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-13
Toepassen van een zaalsimulator . . . . . . . . . . . . NL-13
Selecteren van een luisterplaats . . . . . . . . . . . . . NL-13
Toepassen van chorus op een toon . . . . . . . . . . NL-14
Afstellen van de helderheid . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-14
Betreffende DSP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-14
Splitsen van het toetsenbord voor duet spel. . NL-14
Veranderen van de octaven van de
duet-toetsenborden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-15
Lagen van twee tonen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-16
Instellen van de volumebalans tussen twee
gelaagde tonen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-16
Veranderen van de octaaf van elke laag . . . . . . . NL-17
Splitsen van het toetsenbord voor twee
verschillende tonen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-17
Wijzigen van de splitsingsinstellingen . . . . . . . . . NL-18
Gebruik van de metronoom. . . . . . . . . . . . . . . NL-19
Starten en stoppen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-19
Instellen van het tempo. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-19
Configureren van de metronoominstellingen . . . . NL-19
Veranderen van het aanslagvolume naar
aanslagdruk (Aanslagvolume) . . . . . . . . . . . NL-20
Veranderen van de
aanslagvolumegevoeligheid. . . . . . . . . . . . . . . NL-20
Veranderen van de toonhoogte
(transponeren, stemmen,
octaafverschuiving) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-20
Veranderen van de toonhoogte in stappen
van een halve toon (transponeren). . . . . . . . . . NL-20
Fijnstemmen van het toetsenbord (stemmen) . . . NL-21
Veranderen van de stemcurve
(uitgerekte stemming) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-21
Octaafverschuiving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-22
Veranderen van het temperament van het
toetsenbord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-22
Gebruik van de ingebouwde
melodieën (orkestbegeleiding,
muziekbibliotheek) NL-23
Orkestbegeleiding (CONCERT PLAY) . . . . . . NL-23
Luisteren naar een melodie uit de
orkestbegeleiding (Luistermodus) . . . . . . . . . . NL-23
Samen met een orkest spelen met behulp van
orkestbegeleiding (Weergavemodus) . . . . . . . . NL-24
Instellen van het volumeniveau van een
orkestbegeleidingsmelodie . . . . . . . . . . . . . . . NL-25
Orkestbegeleidingsmelodieën verkregen
met een computer enz. . . . . . . . . . . . . . . . . NL-25
Opslaan van orkestbegeleidingsmelodieën
die u met een computer heeft verkregen
op een USB flash-drive . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-25
Weergeven van orkestbegeleidingsmelodieën
verkregen met een computer enz.. . . . . . . . . . NL-25
Muziekbibliotheek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-25
Weergeven van een bepaalde
muziekbibliotheekmelodie . . . . . . . . . . . . . . . . NL-26
Oefenen met een melodie uit de
muziekbibliotheek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-26
Voorbereidingen NL-55
Monteren van de standaard . . . . . . . . . . . . . .NL-55
Aansluiten van de snoeren . . . . . . . . . . . . . .NL-58
Toetsenborddeksel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-59
Installeren van de muziekstandaard en de
hoofdtelefoonhaak . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-59
Openen en sluiten van het pianodeksel. . . . .NL-60
Verwijderen van de beschermband van het
toetsenbord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NL-61
Stopcontact . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-61
Aansluiten van de hoofdtelefoon. . . . . . . . . . NL-62
Aansluiten van audio-apparatuur of
een versterker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-62
Meegeleverde en los verkrijgbare
accessoires . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL-63

NL-4
Algemene gids
•Hieronder volgt een verklaring van de betekenis van het $ symbool dat verschijnt op het paneel van het
product met de hieronder gegeven toetsnamen.
•De hier aangegeven namen worden altijd vetgedrukt weergegeven wanneer ze in de tekst van deze
gebruiksaanwijzing verschijnen.
$:Geeft een functie aan die geactiveerd wordt door de toets gedurende enige tijd ingedrukt te houden.
1 2 bnbk bl bm bo bp bq br bs bt ck cm cn co cpcl
3 4 6 85 7 9
1P (aan/uit) toets
2Volumeregelaar (VOLUME)
3Insteltoets (SETTING)
4Vergrendelingstoets (OPERATION LOCK)$
5Toongroeptoetsen
6LCD-display
7Zaalsimulatietoetsen (HALL SIMULATOR)
8Metronoomtoets (METRONOME)
9Tempotoetsen (TEMPO)
bkDuettoets (DUET)
blHerhalingstoets (REPEAT)
bmSnel-terugwaartstoets (s)
bnSnel-voorwaartstoets (d)
boStoptoets (Y)
bpStart/pauzetoets (X/k)
bqOpnametoets (REC)
brOrkestbegeleidingstoets (CONCERT PLAY)
bsMelodietoets (SONG)
btVolumetoets (VOLUME)
ckAfsluittoets (EXIT)
clPijltoetsen
cmInvoertoets (ENTER)
cnLagentoets (LAYER)
coHelderheidstoets (BRILLIANCE)
cpUSB-toets (USB)

Algemene gids
NL-5
Onderkant
Voorkant
Achterkant
Pedaalaansluiting
DC 24V aansluiting
USB poort
LINE OUT R, L/MONO
aansluitingen
LINE IN R, L/MONO
aansluitingen
MIDI OUT/IN
aansluitingen
PHONES aansluitingen
Aan/uit-
indicator
USB flash-drive
poort

NL-6
Stopcontact
Schakel de digitale piano in nadat u klaar bent met het
monteren van de standaard. Zie “Voorbereidingen” op
pagina NL-55 voor details.
1.
Druk op de (aan/uit) toets om de 1P
Digitale Piano in te schakelen.
•Hierdoor gaat de 1P (aan/uit) toets branden.
•Als u slechts lichtjes op de 1P (aan/uit) toets
drukt, licht de display kortstondig op maar wordt de
stroom niet ingeschakeld. Dit duidt echter niet op een
defect. Druk de 1P (aan/uit) toets stevig en
volledig in om de stroom in te schakelen.
2.
Om de Digitale Piano uit te schakelen, houdt
u de 1P (aan/uit) toets ingedrukt totdat de
indicator uitgaat.
•U kunt de Digitale Piano zo instellen dat het
instrument de instellingen bewaard wanneer dit
wordt uitgeschakeld. Zie voor details “Configureren
van de instellingen van de Digitale Piano” op pagina
NL-38 en “General” 3 “Auto Resume” in de
“Parameterlijst” op pagina NL-42.
• Wanneer de 1P (aan/uit) toets wordt ingedrukt
om de stroom uit te schakelen, komt de Digitale
Piano op standby te staan. Er blijven nog kleine
hoeveelheden stroom in de Digitale Piano lopen
terwijl deze standby staat. Als u de Digitale Piano
voor langere tijd niet gebruikt of als er onweer in de
buurt is, dient u de stekker uit het stopcontact te
trekken.
• De melding “Please Wait...” blijft op de display terwijl
een gegevensopslagbewerking wordt uitgevoerd.
Voer geen bediening uit terwijl deze melding wordt
getoond. Wanneer de Digitale Piano wordt
uitgeschakeld, kunnen gegevens van de Digitale
Piano gewist of onbruikbaar worden.
Deze Digitale Piano is ontworpen om automatisch
uitgeschakeld te worden om te voorkomen dat stroom
wordt verspild als gedurende een vooringestelde tijd
geen bewerking wordt uitgevoerd. De activeringstijd
voor de automatische stroomonderbreker is ongeveer
vier uur.
•U kunt de onderstaande procedure volgen om de
automatische stroomonderbreker tijdelijk uit te
schakelen.
■Uitschakelen van de automatische
stroomonderbreker
1.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm weer te geven.
2.
Gebruik de clw en pijltoetsen om q
“General” te selecteren en druk dan op de
cmENTER toets.
3.
Gebruik de clw en q pijltoetsen om “Auto
Power Off” te selecteren.
4.
Gebruik de clu en i pijltoetsen om “Off”
te selecteren.
5.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm te verlaten.
•Om de automatische stroomonderbreker weer in te
schakelen, herhaalt u de bovenstaande procedure en
selecteert dan “On” in stap 4.
1.
Stel het volumeniveau in met de 2VOLUME
regelaar.
•Uw Digitale Piano heeft een Volume Sync Equalizer
(volume-klankaanpassing) functie die de
klankkwaliteit automatisch verbetert
overeenkomstig het ingestelde volumeniveau. Deze
functie zorgt ervoor dat de lage en/of hoge tonen
beter hoorbaar zijn wanneer het volume laag is
ingesteld. Zie voor details “General”3”Volume
Sync EQ” in de “Parameterlijst” (pagina NL-39).
In- en uitschakelen van de
stroom
Automatische stroomonderbreker
Instellen van het
volumeniveau
z G e n e r a l > E n t

NL-8
Gemeenschappelijke bediening voor alle functies
De bediening die in dit hoofdstuk wordt beschreven
geldt voor alle functies en elke modus.
Wanneer de Digitale Piano wordt ingeschakeld, wordt
er een scherm getoond met de naam van de huidige
geselecteerde toon. Dit is het homescherm.
•Nadat de gewenste bediening is uitgevoerd, kunt u
op de ckEXIT toets drukken om naar het
homescherm terug te keren.
Als er “>Ent” rechts naast een item op de display staat,
betekent dit dat u op de cmENTER toets kunt drukken
om een submenu weer te geven.
•Om terug te gaan naar het vorige scherm, drukt u op
de ckEXIT toets.
Een puntje ( ) of pijl (0X) links naast de naam van de
parameter betekent dat de parameter is geselecteerd.
1.
Gebruik de clw en pijltoetsen om de q
markering naar boven of beneden te
verschuiven.
•Houd een van de toetsen ingedrukt om de markering
snel te verplaatsen.
Volg de bedieningsaanwijzingen in dit gedeelte om een
nummer op te geven of een waarde te veranderen.
1.
Druk op de clu (–) of i (+) pijltoets.
•Om terug te keren naar de standaardinstelling, drukt
u de clu i en pijltoetsen tegelijk in.
1.
Houd de clu (–) of i (+) pijltoets
ingedrukt.
bnbl bm bp ck cmcl
Betreffende het homescherm
Navigeren tussen de
instelschermen
Selecteren van een item
(parameter) om de instelling
ervan te veranderen.
Veranderen van een nummer
of een waarde
De nummers achter elkaar doorlopen
De nummers snel doorlopen

Gemeenschappelijke bediening voor alle functies
NL-9
Wanneer een toets ingedrukt wordt gehouden, verschijnt een menu van de functies en/of de tonen zoals hieronder
is aangegeven. De inhoud van het menu hangt af van de toets die ingedrukt wordt gehouden.
Instellen van de snelmenu’s
Toetsnaam Inhoud van snelmenu Verdere informatie
DUET Duet-instellingen “Splitsen van het toetsenbord voor duet spel”, pagina NL-14
CONCERT PLAY Instelling van het volumeniveau voor
de orkestbegeleiding
“Instellen van het volumeniveau van een
orkestbegeleidingsmelodie”, pagina NL-25
SONG Instellingen voor de melodiegegevens “Song >Ent” in de “Parameterlijst”, pagina NL-41
LAYER Lageninstellingen “Lagen van twee tonen”, pagina NL-16
REC Instellingen voor de MIDI-recorder en
audiorecorder
“Opname en weergave”, pagina NL-30
METRONOME Instellingen voor de metronoom “Configureren van de metronoominstellingen”, pagina NL-19
BERLIN GRAND BERLIN GRAND
toondemonstratiemelodieën
“Uitvoeren van een demonstratieweergave”, pagina NL-28
HAMBURG GRAND HAMBURG GRAND
toondemonstratiemelodieën
VIENNA GRAND VIENNA GRAND
toondemonstratiemelodieën
Gebruik de onderstaande procedure bij de functies
waarmee muziekgegevens kunnen worden
weergegeven.
VOORBEREIDINGEN
•Selecteer de melodie die u wilt weergeven.
–Orkestbegeleiding: “Luisteren naar een melodie
uit de orkestbegeleiding (Luistermodus)” (pagina
NL-23)
–Muziekbibliotheek: “Weergeven van een bepaalde
muziekbibliotheekmelodie” (pagina NL-26)
–MIDI-recorder: “Weergeven van het geheugen van
de Digitale Piano” (pagina NL-34)
–Audiorecorder: “Weergeven van geluidsgegevens
die opgenomen zijn op een USB flash-drive”
(pagina NL-36)
1.
Druk op de toets om te beginnen met bpX/k
weergeven.
•Houd de bms toets tijdens weergeven ingedrukt
om de track versneld in achterwaartse richting af te
spelen.
•Houd de bnd toets tijdens weergeven ingedrukt
om de track versneld in voorwaartse richting af te
spelen.
•Wanneer de bms toets even wordt ingedrukt,
wordt er naar het begin van de track gegaan waarna
het weergeven weer begint.
2.
Druk op de bpX/k toets om het weergeven
te pauzeren.
•Druk nogmaals op de bpX/k toets om het
weergeven te hervatten.
•U kunt de procedure in het volgende gedeelte
gebruiken voor herhaalde weergave van een bepaald
gedeelte van een melodie.
•Deze functie is niet beschikbaar tijdens het
weergeven van een demonstratiemelodie (pagina
NL-28).
1.
Terwijl een melodie wordt weergegeven,
drukt u op de toets bij het begin blREPEAT
van het gedeelte dat u herhaaldelijk wilt
weergeven (punt A).
•Op de display begint “A” te knipperen.
•De blREPEAT toets begint te knipperen.
2.
Druk nog een keer op de blREPEAT toets
wanneer het einde wordt bereikt van het
gedeelte dat u herhaaldelijk wilt weergeven
(punt B).
•Op de display begint nu samen met “A” ook “B” te
knipperen.
•De blREPEAT toets stopt met knipperen en blijft
branden.
•De herhaalde weergave van het gedeelte tussen punt
A en punt B begint automatisch.
•Als de bms toets tijdens herhaalde weergave wordt
ingedrukt en vastgehouden, wordt er naar punt A
gegaan. Als de bnd toets tijdens herhaalde
weergave wordt ingedrukt en vastgehouden, wordt
er naar punt B gegaan.
3.
Druk op de toets om de blREPEAT
herhaalde weergave te verlaten.
•De aanduidingen “A” en “B” stoppen met knipperen
op de display.
Beginnen en stoppen met
weergeven
Herhalen van een bepaald gedeelte van
een melodie.

Spelen met verschillende tonen
NL-11
Uw Digitale Piano is uitgevoerd met drie pedalen:
demppedaal, zacht pedaal en sostenuto pedaal
Pedaalfuncties
Demppedaal
Door het demppedaal in te trappen tijdens het spelen
zullen de noten die u aanslaat blijven nagalmen.
•Wanneer vleugel als de toon wordt geselecteerd,
worden een harmonie en andere resonantie
gecreëerd met dit pedaal, precies zoals het
demppedaal op een akoestische vleugel. Het
halverwege intrappen (gedeeltelijk intrappen) van
het pedaal wordt ook ondersteund.
Zacht pedaal
Door op dit pedaal te trappen tijdens het spelen
worden de op het toetsenbord aangeslagen noten
onderdrukt na het intrappen van het pedaal waardoor
de noten zachter klinken.
Sostenuto pedaal
Alleen de noten van de toetsen die aangeslagen zijn op
het moment van het intrappen van dit pedaal worden
aangehouden, totdat het pedaal wordt losgelaten. Dit
geldt ook wanneer de klaviertoetsen worden
losgelaten.
•Als het intrappen van het pedaal niet het juiste effect
geeft, kan dat betekenen dat het pedaalsnoer niet
goed aangesloten is. Zie stap 2 onder “Aansluiten
van de snoeren” (pagina NL-59).
1.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm weer te geven.
2.
Gebruik de clw en pijltoetsen om q
“General” te selecteren en druk dan op de
cmENTER toets.
3.
Gebruik de clw en pijltoetsen om “Half q
Pedal Pos.” te selecteren.
4.
Gebruik de clu i (–) en (+) pijltoetsen om
de instellingswaarde te veranderen en de
activeringsstand van het pedaal voor
halverwege intrappen af te stellen.
•+1 of groter: Diepe activeringsstand
–1 of minder: Ondiepe activeringsstand
•Het instelbereik loopt van –2 t/m +2.
5.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm te verlaten.
Gebruik van de pedalen van de
Digitale Piano
Zacht pedaal Demppedaal
Sostenuto pedaal
Afstellen van de activeringsstand van het
pedaal voor halverwege intrappen
z H a l f P e d a l P o s .

NL-12
Spelen met verschillende tonen
De tonen van uw Digitale Piano hebben ingebouwde elementen die hen de karakteristieke nagalm geven van een
akoestische piano. Elk van deze elementen kan afzonderlijk worden afgesteld zoals hieronder wordt beschreven.
Aanpassen van de geluidskarakteristieken van de akoestische
piano
Displaynaam Beschrijving Instelbereik
Hammer Response Hamerrespons (Hammer Response). De grote van de hamers die op de snaren
slaan in een akoestische piano is verschillend afhankelijk van het toonbereik, wat
betekent dat de timing voor het geluid van de noten ook verandert met het bereik.
Met deze instellingen kan de timing voor het geluid van de noten worden
geselecteerd.
• Standaardinstelling: Optimale instelling voor de eerde toon.nu geselect
Off: Snelste respons over het volledige toetsenbord, ongeacht het bereik.
1 t/m 10: Een hoge waarde geeft een langzame timing.
D
(Standaardinstelling),
Off (Uitgeschakeld),
1 t/m 10
Lid Simulator Dekselsimulator (Lid Simulator). Het timbre verandert afhankelijk van hoever het
deksel van een akoestische piano openstaat. U kunt een van de hieronder
beschreven instellingen voor de dekselopening selecteren.
• Standaardinstelling: Optimale instelling voor de eerde toon.nu geselect
Closed: Deksel gesloten.
Semi (Half geopend): Deksel gedeeltelijk geopend.
Full (Volledig geopend): Deksel volledig geopend.
Removed: Deksel verwijderd.
D
(Standaardinstelling),
Closed,
Semi,
Full,
Removed
Damper Resonance Dempresonantie (Damper Resonance). Wanneer het demppedaal op een
akoestische piano wordt ingedrukt, worden alle 88 van de snaren geopend,
waardoor alle snaren die harmonischen zijn van de snaren die worden gespeeld
resoneren. U kunt een van de hieronder beschreven instellingen voor de resonatie
selecteren.
• Standaardinstelling: Optimale instelling voor de eerde toon.nu geselect
• Off (Uitgeschakeld), 1 t/m 10: Bij een hogere waarde neemt het effectniveau toe.
D
(Standaardinstelling),
Off (Uitgeschakeld),
1 t/m 10
Damper Noise Dempruis (Damper Noise). De dempruis is een metaalachtig klinkend geluid dat
ontstaat wanneer de demper van een akoestische piano zich scheidt van het
dradenpedaal wanneer het demppedaal wordt ingetrapt. U kunt de onderstaande
instellingen gebruiken om het volumeniveau van de dempruis in te stellen.
• Standaardinstelling: Optimale instelling voor de eerde toon.nu geselect
• Off (Uitgeschakeld), 1 t/m 10: Bij een hogere waarde neemt het ruisniveau toe.
D
(Standaardinstelling),
Off (Uitgeschakeld),
1 t/m 10
String Resonance Snaarresonantie (String Resonance). Bij het spelen op een akoestische piano zullen
de snaren die harmonischen zijn van de gespeelde snaren resoneren. U kunt een
van de hieronder beschreven instellingen voor de resonantie selecteren.
• Standaardinstelling: Optimale instelling voor de eerde toon.nu geselect
• Off (Uitgeschakeld), 1 t/m 10: Bij een hogere waarde neemt het
resonantieniveau toe.
D
(Standaardinstelling),
Off (Uitgeschakeld),
1 t/m 10

Spelen met verschillende tonen
NL-13
1.
Druk op de 3SETTING toets om het
instelscherm weer te geven.
2.
Gebruik de clw en q pijltoetsen om
“Acoustic Simulator” te selecteren en druk
dan op de cmENTER toets.
3.
Gebruik de clw en q pijltoetsen om het
item te selecteren dat u wilt instellen.
4.
Gebruik de (+) pijltoetsen om clu (–) en i
de instelling te veranderen.
5.
Druk op de 3SETTING toets om het
instelscherm te verlaten.
Zaalsimulator
Hiermee worden de ragfijne zuiverheid, optimale
helderheid en andere onderscheidende akoestische
eigenschappen van wereldberoemde concertzalen
nagebootst.
• Het timbre en de nagalm veranderen afhankelijk van
de plaats in de concertzaal waar de luisteraar zich
bevindt. De zaalsimulator kan de luisterervaring op
elke plaats in de geselecteerde zaal nabootsen.
• Bij het uitschakelen van de zaalsimulator wordt ook
het zaaleffect uitgeschakeld.
Chorus
Voegt meer ruimtelijkheid toe aan uw noten.
Helderheid
Effect voor het aanpassen van de helderheid van de
toon.
1.
Druk op een van de 7HALL SIMULATOR
toetsen om een zaalsimulator te selecteren.
• Het lampje van de ingedrukte toets gaat branden.
2.
Om de zaalsimulator uit te schakelen, drukt u
nogmaals op dezelfde toets die u in stap 1
heeft ingedrukt.
• Het lampje van de toets zal dan uitgaan.
1.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm weer te geven.
2.
Gebruik de clw en pijltoetsen om q
“Effect” te selecteren en druk dan op de
cmENTER toets.
3.
Gebruik de clw en pijltoetsen om q
“Position” te selecteren.
4.
Gebruik de clu en pijltoetsen om een i
plaats te selecteren.
• Player: Plaats van de uitvoerende artiest die voor de
piano zit op het podium in de zaal
Listener 1: Plaats van het publiek dat voorin de zaal
zit
Listener 2: Plaats van het publiek dat verder
achterin de zaal zit dan Listener 1
Listener 3: Plaats van het publiek dat verder
achterin de zaal zit dan Listener 2
5.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm te verlaten.
Gebruik van effecten
z A c o u s t i c S i m u l a t o r > E n t
Toepassen van een zaalsimulator
Nummer
Naam van
zaalsimulator Beschrijving
1 ROOM Kamer
2 SALON Salon
3 DUTCH
CHURCH
Amsterdamse kerk met
akoestiek die geschikt is voor
muziek
4 STANDARD
HALL
Standaard concertzaal
5 BERLIN HALL Klassieke concertzaal van een
Berlijns arena type
6 FRENCH
CATHEDRAL
Grote gotische kathedraal in
Parijs
Selecteren van een luisterplaats
z P o s i t i o n

NL-14
Spelen met verschillende tonen
1.
Druk op de 3SETTING toets om het
instelscherm weer te geven.
2.
Gebruik de clw en q pijltoetsen om
“Effect” te selecteren en druk dan op de
cmENTER toets.
3.
Gebruik de clw en q pijltoetsen om
“Chorus” te selecteren.
4.
Gebruik de clu en i pijltoetsen om een
chorusnaam te selecteren.
5.
Druk op de 3SETTING toets om het
instelscherm te verlaten.
1.
Druk op de coBRILLIANCE toets om het
instelscherm weer te geven.
2.
Gebruik de (+) pijltoetsen om clu (–) en i
de instelling te veranderen.
• +1 of hoger: Maakt de toon helderder.
–1 of lager: Maakt de toon donkerder.
• Het instelbereik loopt van –3 t/m +3.
3.
Druk op de ckEXIT toets om het
instelscherm te verlaten.
Met DSP kunt u complexe akoestische effecten digitaal
produceren. DSP is toegewezen aan elke toon wanneer
de Digitale Piano ingeschakeld is.
U kunt het toetsenbord in het midden splitsen voor
duet spel zodat de linker- en de rechterzijde hetzelfde
bereik heeft.
Het linker pedaal werkt als het demppedaal voor het
linker toetsenbord terwijl het rechter pedaal fungeert
als het demppedaal voor het rechter toetsenbord.
De duetfunctie is de perfecte manier om les te geven
waarbij de leraar aan de linkerkant zit en de leerling
dezelfde melodie speelt op het rechter toetsenbord.
• Alleen het demppedaal voor het rechter toetsenbord
ondersteunt halverwege intrappen.
1.
Specificeer het nummer van de toon die u wilt
gebruiken.
• Zie “Selecteren en spelen van een toon” op pagina
NL-10 voor meer informatie over het selecteren van
een toon.
Toepassen van chorus op een toon
Display Instelling
Off
Light Chorus
Chorus
Deep Chorus
Flanger
Uit (OFF)
Lichte zweving
Middelmatige zweving
Diepe zweving
Flanger (suisend effect)
Afstellen van de helderheid
Betreffende DSP
z C h o r u s
z B r i l l i a n c e
Splitsen van het toetsenbord
voor duet spel
C3 C4 C5 C6 C3 C4 C5 C6
Toetsenbord
Splitspunt
Linker toetsenbord Rechter toetsenbord
(midden C)(midden C)
Pedalen
Linker demppedaal
Linker en rechter demppedaal
Rechter demppedaal

Spelen met verschillende tonen
NL-15
2.
Bij meerdere malen indrukken van de
bkDUET toets worden de onderstaande
duetinstellingen doorlopen.
• Bij het inschakelen van lagen (pagina NL-16) wordt
de duetmodus automatisch geannuleerd.
• Lagen (pagina NL-16), transponeren (pagina NL-20)
en normale octaafverschuiving (pagina NL-22)
kunnen niet worden geselecteerd wanneer de
duetfunctie is ingeschakeld. U kunt de procedure
gebruiken in “Veranderen van de octaven van de
duet-toetsenborden” hieronder om de octaven van de
duet-toetsenborden te veranderen.
• De onderstaande effecten worden niet toegepast
wanneer het DUET PAN lampje brandt.
– Akoestische simulator (behalve hamerrespons en
dekselsimulator) (pagina NL-12)
– Zaalsimulator (pagina NL-13)
– Chorus (pagina NL-14)
U kunt de bereiken van de linker en rechter
toetsenborden veranderen van hun oorspronkelijke
instellingen in eenheden van een octaaf.
1.
Houd de bkDUET toets ingedrukt totdat het
onderstaande scherm verschijnt.
2.
Gebruik de clw en pijltoetsen om een q
toetsenbordbereik te selecteren.
• Upper Octave: Rechter toetsenbord
Lower Octave: Linker toetsenbord
3.
Gebruik de clu i (–) en (+) pijltoetsen om
de octaaf te veranderen.
• +1 of hoger: De octaaf wordt met de opgegeven
waarde verhoogd.
–1 of lager: De octaaf wordt met de opgegeven
waarde verlaagd.
0: De octaaf keert terug naar de oorspronkelijke
instelling.
• Het instelbereik loopt van –2 t/m +2.
• Voorbeeld: Selecteren van “Lower Octave” in stap 2
en instellen van “+1” in stap 3
4.
Druk op de toets om het ckEXIT
instelscherm te verlaten.
Ingeschakeld (Zowel het geluid van
het linker als het rechter toetsenbord
wordt via de linker en de rechter
luidspreker weergegeven.)
Ingeschakeld (Het geluid van het
linker toetsenbord wordt via de
linker luidspreker weergegeven en
het geluid van het rechter
toetsenbord wordt via de rechter
luidspreker weergegeven. Het duet-
pan moduseffect wordt alleen
toegepast wanneer een vleugeltoon is
geselecteerd.)
Uitgeschakeld
Veranderen van de octaven van de duet-
toetsenborden
z L o w e r O c t a v e
C4 C5 C6 C7 C3 C4 C5 C
6
Linker toetsenbord Rechter toetsenbord
1 octaaf hoger dan de
oorspronkelijke instelling
Onveranderd

NL-16
Spelen met verschillende tonen
Volg de volgende procedure om lagen van twee tonen
aan te brengen zodat die op hetzelfde moment klinken.
1.
Druk op de cnLAYER toets.
2.
Gebruik de clu en i pijltoetsen om
“LAYER” weer te geven.
3.
Selecteer de hoofdtoon.
• Gebruik de clw q en pijltoetsen om “U1” (Hoger
1) te selecteren en druk dan op de cmENTER toets.
4.
Selecteer een toon en druk dan op de
cmENTER toets.
• Zie “Selecteren en spelen van een toon” op pagina
NL-10 voor meer informatie over het selecteren van
een toon.
5.
Selecteer de gelaagde toon.
• Gebruik de clw q en pijltoetsen om “U2” (Hoger
2) te selecteren en druk dan op de cmENTER toets.
6.
Selecteer een toon en druk dan op de
cmENTER toets.
7.
Sla een klaviertoets aan.
• De tonen klinken tegelijkertijd.
8.
Om de lagen te annuleren en over te
schakelen naar een enkele toon (Hoger 1),
drukt u op de cnLAYER toets of ckEXIT
toets.
• Bij enkele malen indrukken van de cnLAYER toets
wordt er beurtelings omgeschakeld tussen ongelaagd
(één toon) en gelaagd (twee tonen).
• De weergave van twee tonen is ingeschakeld
wanneer het lampje van de cnLAYER toets brandt.
• Bij het activeren van de duetfunctie (pagina NL-14) of
de duet-pan functie wordt de lagenfunctie
uitgeschakeld.
• Configureren van lageninstellingen wordt niet
ondersteund in geval van opname op Spoor 2 van de
MIDI-recorder.
1.
Houd de cnLAYER toets ingedrukt totdat het
onderstaande scherm verschijnt.
2.
Gebruik de clw en pijltoetsen om q
“Layer Balance” te selecteren.
3.
Gebruik de clu i (–) en (+) pijltoetsen om
de volumebalans tussen de lagen in te
stellen.
• –1 of lager: Het volume van de Hoger 1 toon wordt
verhoogd.
+1 of hoger: Het volume van de Hoger 2 toon wordt
verhoogd.
0: Het volume van Hoger 1 en Hoger 2 is hetzelfde.
• Het instelbereik loopt van –24 t/m +24.
4.
Om terug te keren naar het scherm waar u
was voordat stap 1 van deze procedure werd
uitgevoerd, drukt u op de ckEXIT toets.
Lagen van twee tonen
X U 1
X U 2
Instellen van de volumebalans tussen
twee gelaagde tonen
z L a y e r B a l a n c e

NL-18
Spelen met verschillende tonen
4.
Selecteer een toon en druk dan op de
cmENTER toets.
• Zie “Selecteren en spelen van een toon” op pagina
NL-10 voor meer informatie over het selecteren van
een toon.
5.
Selecteer de toon voor het rechter bereik.
• Gebruik de clw q en pijltoetsen om “U1” te
selecteren en druk dan op de toets.cmENTER
6.
Selecteer een toon en druk dan op de
cmENTER toets.
• Als u lagen wilt aanbrengen voor het rechter
toetsenbord (pagina NL-16), herhaal dan de stappen
5 en 6 om de “U2” (Hoger 2) toon te selecteren.
7.
Sla een klaviertoets aan.
• Hierdoor worden de tonen weergegeven die
toegewezen waren aan de linker en rechter bereiken
van het toetsenbord.
8.
Om de toetsenbordsplitsing te annuleren en
over te schakelen naar een enkele toon
(Hoger 1), drukt u op de toets of cnLAYER
ckEXIT toets.
• Bij enkele malen indrukken van de cnLAYER toets
wordt er beurtelings omgeschakeld tussen ongelaagd
(één toon) en gelaagd (twee tonen).
• De weergave van twee tonen is ingeschakeld
wanneer het lampje van de cnLAYER toets brandt.
1.
Houd de cnLAYER toets ingedrukt totdat het
onderstaande scherm verschijnt.
2.
Gebruik de clw en pijltoetsen om een q
item te selecteren.
3.
Gebruik de clu i (–) en (+) pijltoetsen om
de instelling te veranderen.
4.
Om terug te keren naar het scherm waar u
was voordat stap 1 van deze procedure werd
uitgevoerd, drukt u op de ckEXIT toets.
Wijzigen van de splitsingsinstellingen
Displaynaam
Beschrijving
Instelbereik
Lower
Octave
Lagere octaaf (Lower
Octave). Verandert de octaaf
van de linkerzijde (Lager)
van een gesplitst
toetsenbord in eenheden van
één octaaf.
Bij een waarde van 1 of
hoger wordt het opgegeven
aantal octaven verhoogd,
terwijl bij een waarde van –1
of lager het opgegeven
aantal octaven wordt
verlaagd.
–2 t/m +2
Lower
Volume
Lager volume (Lower
Volume). Stelt het
volumeniveau van de
linkerzijde (Lager) van een
gesplitst toetsenbord in.
0 t/m 127
Split Point Splitspunt (Split Point). Stelt
het splitspunt van het
linker/rechter toetsenbord
in. De standaardinstelling
voor het splitspunt is F#3.
A0 t/m C8
Lower
Pedal
Lager pedaal (Lower Pedal).
Inschakelen (On) of
uitschakelen (Off) van de
bediening van het
demppedaal voor de toon
van de linkerzijde (Lager)
van een gesplitst
toetsenbord.
On
(
Ingeschakeld
),
Off
(
Uitgeschakeld
)

Spelen met verschillende tonen
NL-19
De metronoom laat u spelen en oefenen samen met de
maatslag om u te helpen met uw tempo.
1.
Druk op de 8METRONOME toets.
• Hierdoor start de metronoom.
• Het lampje van de toets gaat branden.
• De lampjes van de bpX/k toets knipperen in de
maat van het ingestelde tempo. Het linker lampje van
de bpX/k toets knippert bij de eerste maatslag van
elke maat terwijl het rechter lampje knippert bij de
resterende maatslagen van de maat.
2.
Druk nogmaals op de 8METRONOME toets
om de metronoom te stoppen.
• De lampjes van de 8METRONOME toets en
bpX/k toets zullen doven.
1.
Gebruik de 9TEMPOw (–) en q (+)
toetsen om het gewenste tempo in te stellen.
• Druk de 9w q en pijltoetsen tegelijk in om het
tempo van de laatst geselecteerde orkestbegeleiding/
muziekbibliotheek-melodie in te stellen. Als een
opnamefunctie wordt gebruikt, wordt bij deze
bediening een tempo van 120 ingesteld.
• Het instelbereik loopt van 20 t/m 255.
• Wanneer de metronoomsnelheid (tempo) wordt
veranderd, zal tevens het afspeeltempo van de
melodieën van de muziekbibliotheek en de MIDI-
recorder veranderen.
1.
Houd de 8METRONOME toets ingedrukt
totdat het onderstaande scherm verschijnt.
2.
Gebruik de clw en pijltoetsen om een q
van de onderstaande items te selecteren.
3.
Gebruik de clu i (–) en (+) pijltoetsen om
de instelling te veranderen.
4.
Druk op de toets om het ckEXIT
instelscherm te verlaten.
Gebruik van de metronoom
Starten en stoppen
Instellen van het tempo
Knippert
Configureren van de
metronoominstellingen
Displaynaam
Beschrijving
Instelbereik
Beat Maatslag (Beat). Specificeert
de maatslaginstelling. De
eerste maatslag van elke
maat is een belgeluid terwijl
de resterende maatslagen
klikgeluiden zijn.
• Bij een maatslaginstelling
van “0” wordt een
klikgeluid weergegeven
zonder dat er een
belgeluid is.
0 t/m 9
Volume Volume (Volume). Stelt het
volume van de metronoom
bij.
0 t/m 127
Volume
Maatslag

NL-20
Spelen met verschillende tonen
Het aanslagvolume verandert het toonvolume in
overeenkomst met de aanslagdruk (snelheid). Dit geeft
u hetzelfde uidrukkingsvermogen als bij een
akoestische piano.
Volg de onderstaande procedure om te regelen hoeveel
het volume van de gespeelde noten verandert in
verhouding met de speelsnelheid. Selecteer de
instelling die het meest overeenkomt met uw speelstijl.
1.
Druk op de 3SETTING toets om het
instelscherm weer te geven.
2.
Gebruik de clw en q pijltoetsen om
“Keyboard” te selecteren en druk dan op de
cmENTER toets.
3.
Gebruik de clw en q pijltoetsen om
“Touch Response” te selecteren.
4.
Gebruik de clu en pijltoetsen om een i
van de onderstaande instellingen voor het
aanslagvolume te selecteren.
5.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm te verlaten.
Met de transponeerfunctie kunt u de toonhoogte in
stappen van een halve toon veranderen. Door een
simpele bediening kunt u de toonhoogte onmiddellijk
veranderen voor aanpassing aan een zanger.
• Het instelbereik voor transponeren loopt van –12
t/m +12 halve tonen.
1.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm weer te geven.
2.
Gebruik de clw en pijltoetsen om q
“Keyboard” te selecteren en druk dan op de
cmENTER toets.
3.
Gebruik de clw en pijltoetsen om q
“Transpose” te selecteren.
4.
Gebruik de clu i (–) en (+) pijltoetsen om
de transponeersleutel in te stellen.
5.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm te verlaten.
Veranderen van het
aanslagvolume naar
aanslagdruk (Aanslagvolume)
Sneller aanslaan geeft
luidere noten.
Langzaam indrukken
produceert zachtere
noten.
Probeer niet al te veel
druk uit te oefenen.
Veranderen van de
aanslagvolumegevoeligheid
z K e y b o a r d > E n t
z T o u c h R e s p o n s e
Uitgeschakeld
(Off)
Aanslagvolume uitgeschakeld. Het
geluidsvolume is vastgezet ongeacht de
snelheid van het aanslaan van de
klaviertoetsen.
Licht (Light) Meer gevoelig aanslagvolume dan
Normaal.
Normaal
(Normal)
Normaal aanslagvolume.
Zwaar (Heavy)
Bij deze instelling is het gemakkelijker
om een zacht geluid weer te geven dan
bij Normaal.
Veranderen van de
toonhoogte (transponeren,
stemmen, octaafverschuiving)
Veranderen van de toonhoogte in stappen
van een halve toon (transponeren)
z T r a n s p o s e

Spelen met verschillende tonen
NL-21
U kunt dit doen m.b.v. de stemfunctie wanneer u de
toonhoogte ietwat dient te veranderen voor samenspel
met een ander muziekinstrument. Sommige artiesten
spelen hun muziek ook met een ietwat aangepaste
toonschaal. U kunt de toonschaal (d.w.z. het stemmen)
d.m.v. de stemfunctie veranderen voor een precieze
aanpassing aan een uitvoering op een CD.
• De stemmingfunctie specificeert de frequentie van
de A4 noot. U kunt een frequentie instellen binnen
het bereik van 415,5 t/m 465,9 Hz. De
oorspronkelijke standaardinstelling is 440,0 Hz.
• Sommige CD-uitvoeringen zijn opgenomen met
instrumenten die enigszins anders zijn gestemd dan
normaal.
1.
Druk op de 3SETTING toets om het
instelscherm weer te geven.
2.
Gebruik de clw en q pijltoetsen om
“Keyboard” te selecteren en druk dan op de
cmENTER toets.
3.
Gebruik de clw en q pijltoetsen om
“Tuning” te selecteren.
4.
Gebruik de clu (–) en i (+) pijltoetsen
voor het fijnstemmen.
• De instelling kan worden gewijzigd in eenheden van
0,1 Hz.
5.
Druk op de 3SETTING toets om het
instelscherm te verlaten.
Over het algemeen wordt een piano zodanig gestemd
dat de hoge noten scherper zijn en de lage noten
vlakker. Dit type stemming wordt “uitgerekte
stemming” genoemd.
Bij uw Digitale Piano kunt u de toepassing van de
uitgerekte stemming veranderen. Indien gewenst, kan
de uitgerekte stemming ook worden uitgeschakeld.
1.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm weer te geven.
2.
Gebruik de clw en pijltoetsen om q
“Keyboard” te selecteren en druk dan op de
cmENTER toets.
3.
Gebruik de clw en pijltoetsen om q
“Stretch Tune” te selecteren.
4.
Gebruik de clu en pijltoetsen om een i
van de hieronder beschreven uitgerekte
stemmingen te selecteren.
5.
Druk op de toets om het 3SETTING
instelscherm te verlaten.
Fijnstemmen van het toetsenbord
(stemmen)
z T u n i n g
Veranderen van de stemcurve
(uitgerekte stemming)
Display-
naam Beschrijving
Default Oorspronkelijke standaard-fabrieksinstelling
(Default). Het wordt aanbevolen deze instelling
te gebruiken omdat deze de optimale uitgerekte
stemming voor de geselecteerde toon toepast.
Upper1 Toepassing van de optimale uitgerekte
stemming voor de toon die nu is geselecteerd
voor Hoger 1 (Upper1).
De Hoger 1 uitgerekte stemming wordt ook
toegepast op de tonen voor Hoger 2 en Lager.
Het wordt aanbevolen deze instelling te
gebruiken wanneer u de verschillen in
toonhoogte tussen de lagen en de gesplitste
tonen wilt minimaliseren.
Off Uitgeschakeld (Off). Schakelt uitgerekte
stemming uit.
Piano1 BERLIN GRAND uitgerekte stemming. Past de
oorspronkelijke standaard-fabrieksinstelling
BERLIN GRAND uitgerekte stemming eveneens
toe op andere tonen.
Piano2 HAMBURG GRAND uitgerekte stemming.
Piano3 VIENNA GRAND uitgerekte stemming.
E.Piano1 Elektrische piano 1 (E.Piano1) uitgerekte
stemming.
E.Piano2 Elektrische piano 2 (E.Piano2) uitgerekte
stemming.
z S t r e t c h T u n e
Specyfikacje produktu
Marka: | Casio |
Kategoria: | instrument muzyczny |
Model: | Celviano AP-700 |
Potrzebujesz pomocy?
Jeśli potrzebujesz pomocy z Casio Celviano AP-700, zadaj pytanie poniżej, a inni użytkownicy Ci odpowiedzą
Instrukcje instrument muzyczny Casio

21 Grudnia 2024

21 Grudnia 2024

9 Października 2024

9 Października 2024

9 Października 2024

7 Października 2024

29 Września 2024

24 Września 2024

21 Września 2024

16 Września 2024
Instrukcje instrument muzyczny
- instrument muzyczny Yamaha
- instrument muzyczny Roland
- instrument muzyczny IK Multimedia
- instrument muzyczny Boss
- instrument muzyczny Alesis
- instrument muzyczny Eurolite
- instrument muzyczny La Crosse Technology
- instrument muzyczny Pyle
- instrument muzyczny Chord
- instrument muzyczny Palmer
- instrument muzyczny Gravity
- instrument muzyczny Mooer
- instrument muzyczny Electro Harmonix
- instrument muzyczny Xvive
- instrument muzyczny Artesia
- instrument muzyczny Efnote
- instrument muzyczny Max
- instrument muzyczny Woodley
- instrument muzyczny DW Drums
- instrument muzyczny Aguilar
- instrument muzyczny Elektron
- instrument muzyczny Gretsch Guitars
- instrument muzyczny Jupiter
- instrument muzyczny Otamatone
Najnowsze instrukcje dla instrument muzyczny

13 Marca 2025

9 Stycznia 2025

2 Stycznia 2025

1 Stycznia 2025

1 Stycznia 2025

31 Grudnia 2025

31 Grudnia 2025

31 Grudnia 2025

31 Grudnia 2025

31 Grudnia 2025